ROOSENDAAL - In februari van dit jaar presenteerde RBC Robert Braber als de nieuwe hoofdtrainer van komend seizoen. Naast het hoofdtrainerschap is Braber ook eindverantwoordelijk voor de Voetbal Academie. Officieel begint hij op 1 juli 2020, maar de afgelopen maanden is de voormalig nummer tien van onder andere RKC Waalwijk en Willem II al druk bezig geweest met het samenstellen van de selectie voor komend seizoen en het verder professionaliseren van de Voetbal Academie. Voor beide is een vijfjarenplan opgesteld.
Braber als hoofdtrainer kwam voor velen als een verrassing, maar zelf was hij al een jaar voor zijn aanstelling bezig met RBC. “Er liepen al gesprekken met Jörg van Nieuwenhuizen en Rob Penders. Ik had al een lijst samengesteld van spelers die ik goed genoeg achtte voor het eerste elftal.” Vanaf zijn aanstelling is hij ook meteen aan de slag gegaan. “Ik ben gelijk gaan trainen met het eerste. Een aantal jongens hadden niet veel gedaan, dus het is prettig dat we nu al aan een soort voorbereiding zijn begonnen. Ik merk nu al dat de groep zich als een hecht team gedraagt.” De afgelopen periode zijn nieuwe spelers gepresenteerd. Ging het allemaal zo makkelijk? “Het ging als een trein. Al moet ik zeggen dat er ook een hoop spelers niet door zijn gegaan, maar daar hou je natuurlijk rekening mee. Bijvoorbeeld Nishant Jagernath kiest dan voor GOES dat uitkomt in de Derde Divisie, maar Kenny van der Weg kon naar Katwijk en Giovanni Moerland naar ASWH en die kiezen dan toch voor ons. Als een speler afhaakte dan is het vooral omdat we Tweede Klasse spelen. Maar velen hebben ook aangegeven dat als RBC promoveert dan staan ze open voor een gesprek. Die lijntjes zijn dus allemaal al gelegd.” Is de selectie door de afzeggingen wel naar wens? “Ja, absoluut. Perry Bierkens en Moerland hebben ervaring in de top van de Zondag Hoofdklasse en die geven ook aan: het huidige niveau van de selectie van RBC doet er niet veel voor onder. Wat we hebben getracht te bereiken is om een selectie samen te stellen die bestaat uit een mix van gearriveerde spelers en talenten. De jonge spelers zoals Tayeb Lakbir en Abdelmojib Yachou doen het prima. De afgelopen periode trainde ook Mohammed Idrissi mee, die speelde dit seizoen voor MOC’17 JO19 en kon ook naar het eerste van MOC’17 maar kiest toch voor ons.”
Braber leek in eerste instantie voor een kleine selectie te gaan. Daar is hij op teruggekomen. “Momenteel hebben we achttien veldspelers en twee doelmannen. Ik heb een aantal talenten doorgeschoven, waardoor de selectie iets groter is geworden. Daarnaast hebben we ook nog een O23 van waaruit we altijd kunnen doorschuiven. Chaib Azaimi is druk bezig om de selectie van O23 zo sterk mogelijk te maken, wat dan ook ideaal als back-up voor het eerste elftal kan dienen.”
RBC en in het bijzonder Robert Braber zelf werd beticht van het benaderen van spelers van Halsteren. Zeker met de afgeketste fusie van een jaar geleden ligt dit gevoelig. Braber zelf heeft een andere lezing: “Die spelers benaderden mij. Ik heb alles officieel gedaan en heb het zelfs bij hun voorzitter gemeld dat we in gesprek gingen met een speler van Halsteren. Er zijn er zo’n acht op gesprek geweest, uiteindelijk hebben er ook veel spelers voor Halsteren gekozen en niet voor ons. Spelers zijn geen bezit, ze kiezen zelf waar ze graag voor uit willen komen. Bierkens en Moerland kiezen voor ons. Er is overigens nooit een afspraak gemaakt over wel of niet benaderen van spelers. Indien wij spelers zelf zouden benaderen dan doe ik dat nooit achter iemand z’n rug om, maar altijd transparant naar de club toe. Andersom gebeurd dat wel, maar eenieder moet zijn eigen werkwijze daarin kiezen.”
RBC heeft voor het eerste elftal een vijfjarenplan gepresenteerd om uiteindelijk Divisievoetbal te bereiken. De eerste stap is om binnen drie jaar in de Hoofdklasse te geraken. Promoveren is geen absolute must dit jaar, maar Braber loopt niet weg voor de doelstellingen die zijn geformuleerd. “Absoluut niet! Integendeel zelfs. Ik heb honger naar succes. Het succes kan alleen behaald worden als de randvoorwaarden optimaal zijn. RBC heeft best wat pech gehad de afgelopen jaren met het steeds net niet promoveren, maar de organisatie is er het afgelopen jaar flink op vooruit gegaan. De selectie is goed genoeg voor de top van de tweede klasse, we hebben een camerasysteem om wedstrijden en trainingen terug te kijken en de organisatie is verder uitgebouwd. Alles is geregeld om goed voor de dag te komen volgend seizoen.” Wie is de grootste uitdager van RBC? “SC Kruisland heeft een kwalitatief sterke selectie en uiteindelijk zal snel blijken in de competitie wie de grootste concurrenten zijn. Uiteindelijk moeten we vooral naar onszelf kijken en zorgen dat we alle randvoorwaarden goed op orde hebben, waardoor we met een fitte en sterke selectie ver kunnen komen.”
Voor het eerste elftal moet de intensiteit de komende jaren ook omhoog. Braber wil uiteindelijk naar om en om twee en drie keer trainen in de week. In de Hoofdklasse wil hij voor vast drie keer in de week trainen. Naast zijn eigen arbeid voor RBC heeft hij ook hulp en steun van Rob Penders die achter de schermen veel werk verricht. “Rob is mijn klankbord. Ik heb elke dag wel contact met hem. Hij is erbij met alle gesprekken, benadert veel mensen en ik help hem ook. Spelers die graag naar NAC Breda willen kunnen bij ons meetrainen, zodat Rob Penders ook een goed beeld krijgt van de kwaliteiten van de desbetreffende speler. Zo werkt het ook de andere kant op: Marwin Reuvers komt uit de koker van Rob. Ook bij de jeugd is Rob veel betrokken en geeft hij aan hoe ik het kan wegzetten. Hij ondersteunt op alle vlakken, ik kan met hem over alles sparren en dat is erg fijn.”
Bij een mogelijke promotie van RBC heeft de 38-jarige coach momenteel wel een probleem. Hij heeft namelijk geen papieren voor de Eerste Klasse. Is dat al geregeld? “Ik heb veel contact met de KNVB. Momenteel heb ik UEFA B, maar ze willen dat ook invoeren voor de Eerste Klasse. In september komt daar uitsluitsel over. Mocht dat niet zo zijn dan kan ik door met trainen als ik op de cursus zit voor UEFA A.” Braber is ambitieus met RBC, maar hoe zit het eigenlijk met zijn eigen ambities? “Mijn doel is om de top van de amateurs te bereiken. Ik wil eerst kijken of ik dat aankan, want betaald voetbal is zo’n enorme stap met zoveel andere dingen waar je rekening moet houden. Ik wil me graag vastbijten in een plan en dat kan bij RBC. Ik wil echt mijn stempel ergens op drukken. Dat gaat alleen met jongens die kwaliteiten hebben en een club die vooruit wil en dat ook daadwerkelijk kan. Ik heb in het verleden andere amateurclubs zoals Kogelvangers en Prinsenland afgezegd. Mijn persoonlijke ambitie past bij de ambities van RBC en ik denk dat ik hier echt iets kan bereiken.”
Op 3 juli staat de wedstrijd tegen profclub FC Dordrecht op het programma. Het gaat niet goed bij de club uit Dordt, die het afgelopen seizoen als laatste eindigde in de Keuken Kampioen Divisie. Maken we kans? “Haha, ik heb Nikki Baggerman (speler FC Dordrecht red.) gesproken. Ze hebben daar momenteel acht spelers onder contract staan. Of we echt een resultaat kunnen behalen weet ik niet. Als in de eerste minuten een treffer valt voor Dordt kan het 7-0 worden. Zij hebben meer kwaliteit dan ons, maar wij kunnen absoluut goed voor de dag komen. Ik wil het liefst nog twee oefenduels spelen voor die wedstrijd, maar daarbij zijn we afhankelijk van de overheid. Uiteindelijk is het allerbelangrijkste dat we weer lekker kunnen voetballen en dat er publiek bij is.”
Voetbal Academie
Naast het hoofdtrainerschap zwaait Braber ook de scepter bij de Voetbal Academie. Dat zijn een drukke vijf dagen in de week geweest de afgelopen maanden? “Haha, maak er daar maar zeven van. Ik heb nieuwe trainers aangesteld en specialisten, ik heb dus heel veel gesprekken gevoerd. We willen graag weer de regionale status krijgen voor de jeugdopleiding, daarvoor ben ik ook in gesprek met Ard van Peppen van NMC Bright. We gaan komend jaar aan de slag om de punten te behalen die we nu nog tekort komen.” Bij de jeugdopleiding is eveneens een vijfjarenplan, en vooral het niveau van de bovenkant moet omhoog. “De JO19 is de O23 geworden en de JO18 en JO17 zijn nu de hoogste jeugdelftallen. Het is erg veel werk om die elftallen nu goed te zetten, en we willen na dit jaar de volgende stap zetten door onder andere de scouting te verbeteren. Dat het niveau van de bovenkant van de opleiding wat minder is dan de onderkant heeft te maken met dat het eerste elftal nog op een relatief laag niveau speelt. Als het eerste elftal steeds hoger speelt dan groeit de bovenkant ook mee. De afgelopen jaren zagen we vooral jeugdspelers afhaken die naar andere clubs gingen waarbij het eerste elftal wat hoger speelde dan het eerste elftal van RBC. Het uiteindelijke doel is dat alle jeugdelftallen op divisieniveau spelen.”
RBC wil graag de hotspot zijn voorjeugdspelers, zo werden de afgelopen periode weer een aantal jeugdspelers uitgezwaaid die de overstap maken naar een BVO zoals FC Dordrecht, Waasland-Beveren, PSV en Feyenoord. “Ja, dat is mooi. Ik heb ook geadviseerd om dat groots te melden, daar moet je trots op zijn als club. Uiteindelijk hopen we dat jeugdspelers denken: ik moet naar RBC, want via die weg kan ik er komen.” En dat dit ook gebeurt blijkt wel, want een aantal spelers zijn er dichtbij die in de jeugdopleiding van RBC hebben gezeten. Dennis Haazer tekende al een contract voor twee jaar bij NEC, Ilyas el Moussaoui heeft een vijfjarig contract op zak bij Feyenoord (huidig speler Feyenoord O19) en de 18-jarige Jelte Pal (jeugdspeler Willem II) heeft al meegetraind met het eerste elftal van Willem II.
Frenkie de Jong
Braber heeft in zijn betaald voetbal-periode bij Willem II misschien wel met de huidig beste speler van Nederland gespeeld: Frenkie de Jong. Zag hij meteen dat het een topper was? “Hij was toen al een geweldige speler, nog steeds onbegrijpelijk dat hij niet speelde. Ik heb het nog wel eens met Jordens Peters er over gehad: met afstand het beste talent. Ik wist toen hij de overstap maakte naar Ajax dat hij binnen no time basisspeler zou worden. Ik heb wedstrijden met hem gespeeld tegen onder andere Jong Feyenoord met Vilhena en Immers in de basis, die draaide hij helemaal dol.” Waarom zag Jurgen Streppel, toenmalige hoofdtrainer, het dan niet in hem zitten? “Het eerste jaar maakte hij zijn debuut tegen ADO Den Haag en toen eindigden we vrij hoog. In dat half uur dat hij meedeed liet hij ook mooie acties zien. Het jaar erop vochten we tegen degradatie en vond Streppel het te riskant om Frenkie erin te zetten. Maar in mijn opinie had hij meer moeten spelen, linksom of rechtsom. Hij heeft de afgelopen jaren natuurlijk wel veel geleerd. Het was in zijn tijd bij Willem II absoluut geen speler die de zestien binnenkwam van de tegenpartij. Hij heeft in de jaren bij Ajax en nu bij FC Barcelona veel geleerd en dingen aan zijn spel toegevoegd die hem een speler van absolute wereldklasse maken.”
Er wordt vaak geschreven dat het vooral Braber was die Frenkie de Jong uit de basis hield. Het is ooit door Frank Evenblij en Erik Dijkstra in het programma ‘De Jakhalzen’ de wereld in geholpen. Nog steeds wordt hij daarover aangesproken. Sjoerd Mossou liet het laatst nog op twitter weten toen hij op de foto ging met Braber. “Ze maakten een item over Frenkie, maar op dat moment speelde hij niet. En het was niet dat ik in de basis stond, want ik zat samen met Frenkie op de bank. Erik Falkenburg stond op tien in de basis. Vijf minuten voor tijd kwam ik erin in plaats van Frenkie, maar ik werd dan ook gebruikt als pinchhitter. Ik ben vrij groot en Frenkie is dat niet, dus het was toen een logische zet. Ik ben ook een tien en Frenkie is dat eveneens niet. Streppel heeft in dat item ook nog aangegeven dat Real Madrid me als nummer tien wilde hebben, die speelde het spelletje gewoon mee haha.” Spreekt hij De Jong nog wel eens? “Eigenlijk niet. Je komt elkaar soms tegen, ik kon het in de tijd bij Willem II altijd goed met hem vinden. Op de trainingen hadden we veel plezier, ook als we niet speelden,” zo besluit Braber.